Doorgaan naar hoofdcontent

Reputatiemanagement

Ondertussen blog ik al zo’n acht jaar - zo'n tweetal artikels per maand. Op datum van schrijven staan er 238 artikels van mijn hand online, en heb ik 250 à 300 bezoekers per dag. Dat laatste wil ik nuanceren: een aantal zeer gespecialiseerde artikels, bijvoorbeeld over calciumhydroxide, krijgen wereldwijd veel Google-hits. Het is dus niet zo dat ik een schare trouwe volgelingen heb die dagelijks naar mijn blog surfen op zoek naar de nieuwste filosofische overdenkingen van hun favoriete bedrijfsarts.
 

Aan de andere kant... de wereld van de arbeidsgeneeskunde is relatief klein. Nogal wat collega’s zijn op de hoogte van mijn blog, en lezen op zijn minst af en toe een artikel. Paradoxaal genoeg publiceer ik hierdoor minder vaak. Ik ben me er namelijk meer van bewust dat wat ik schrijf, een nadelig effect kan hebben op mijn huidige, ongetwijfeld glorieuze reputatie. Vroeger kon ik nog vrijuit fulmineren over kafkaiaanse wetgeving die een goed welzijnsbeleid eerder tegenwerkt of betweterige werknemers die alternatieve geneeswijzen verkiezen boven evidence based medicine. De laatste jaren ben ik veel voorzichtiger geworden in mijn bewoordingen. Ik kan ook niet meer zoals destijds gewoon wat uit mijn nek lullen. Nu moet ik steeds controleren dat wat ik schrijf ook effectief correct is. Vermoeiend hoor! Was ik maar een homeopaat...
 
De artikels waarin ik labotests uitleg, genereren de meeste reacties. Wat betekent een verhoogde levertest? Daar zijn lezers nieuwsgierig naar (en ze krijgen liefst van al bevestiging dat het niét aan de consumptie van vijf pintjes per dag ligt, zoals hun vervelende huisarts beweert). Mijn artikels over nieuwe Koninklijke Besluiten over Welzijn op het Werk boeien dan weer het vaakst collega-preventieadviseurs. Nu, “boeien” is misschien niet de best gekozen term; het gaat hier uiteindelijk toch over wetgeving.
 
De spreekwoordelijke bron van onderwerpen over geneeskunde en preventie waaruit ik kan putten is quasi onbeperkt. De uitdaging is om hieruit een selectie te maken. De focus van werkgevers, en bijgevolg ook van preventiediensten, is steeds meer gericht op psychosociale problematiek zoals stress en burn-out, en op het bevorderen van gezonde leefgewoontes zoals bewegen, gezonde voeding en goede slaaphygiëne. Mijn blogartikels zullen in de komende maanden dan ook steeds meer hierover gaan. Bovendien zijn er recent een aantal KB’s verschenen die een grote impact gaan hebben op de werking van de externe preventiediensten. In een aantal artikels zal ik de interpretatie van deze nieuwe wetgeving toelichten. Artikels die op hun beurt dan weer de goede slaaphygiëne van mijn lezers zullen bevorderen...
 
Oorspronkelijk verschenen in De Artsenkrant nr. 2414 op vrijdag 17 juli 2015. 

Populaire posts van deze blog

Jicht en jus (d'orange)

Recent heb ik gelezen dat softdrinks een jichtopstoot kunnen veroorzaken! Drinken van twee gesuikerde softdrinks per dag zou de kans op een jichtopstoot met 85% doen stijgen. Het vruchtsuiker (fructose) is verantwoordelijk voor dit verhoogd risico, dieetdranken geven geen probleem. Ook andere producten die fructose bevatten (fruitsappen, appels en sinaasappels) geven een verhoogde kans op jicht!? Kijk, dat is dus nieuw voor mij. In alle overzichtslijstjes voor jichtlijders vind je net terug dat je fruit naar believen mag nuttigen. Snoepjes die fructose bevatten moet je dan weer vermijden. Ja, het wordt soms verwarrend. Jicht is een reumatische aandoening. Ze is al heel lang geleden beschreven.  De Griekse geneesheer Hippocrates had het er 25 eeuwen geleden al over. Men dacht wel altijd dat jicht een gevolg was van een overdaad aan alcohol en rijkelijke maaltijden. De jichtlijder kreeg alle schuld voor zijn ziekte in de schoenen geschoven. Maar het is een te hoog urinezuurgehal

Is maté oké?

Maté is een infusie van yerba maté bladeren in heet water. Het lijkt nog het meeste op thee, en wordt in de Zuid-Amerikaanse landen ook in plaats hiervan en in plaats van koffie gedronken. Eeuwenoud symbool van gezondheid en vriendschap, is deze drank er hét sociale bindmiddel. Maté is ook in de lage landen verkrijgbaar, in kruidenwinkels maar ook in grootwarenhuizen. En het heeft een afzetmarkt. Niet alleen bij inwijkelingen uit Zuid-Amerika. Maté wordt, naast groene thee, namelijk ook aanbevolen als hulpmiddel bij afvallen. Op een relatief bekende website staat maté geklasseerd onder "planten zonder risico", "... U kunt ook rechtstreeks thee van maté of groene thee nemen: gemakkelijk te vinden en veelvuldig gebruikt ..." Tal van dieetwebsites raden ook maté aan, omwille van tal van redenen: naast bijkomend gewichtsverlies, heeft het een beschermend effect op het hart. Het doet de slechte cholesterol dalen en beschermt tegen beschadigingen van het DNA. Het h

Benzeen en muconzuur

Beste bloglezers, ik ga het eens hebben over benzeen. Benzeen gaat al een tijdje mee in onze Westerse maatschappij. Het werd in de helft van de 19e eeuw al op industriële schaal geproduceerd. Benzeen heeft een platte ringstructuur, met elektronen die vrij kunnen bewegen in “wolken” boven en onder de ring. Hierdoor is het een heel stabiel molecule, en heel nuttig bij allerhande industriële toepassingen. Er zijn een hele reeks moleculen met gelijkaardige atoomringen, en die worden allemaal aromatische verbindingen genoemd. Ik ben er nu wel snel over heen gegaan, maar destijds hebben hele slimme mensen er een heel lange tijd over gedaan om deze ringstructuur te achterhalen. Friedrich August Kekulé zou uiteindelijk de structuur van benzeen ontdekt hebben naar aanleiding van een droom over een slang die in zijn eigen staart beet. Dromen zijn dus niet altijd bedrog. Om terug te komen op benzeen: helaas is het naast nuttig ook tamelijk ongezond. Benzeen heeft bij acute blootstellin