Doorgaan naar hoofdcontent

Slechtnieuwsgesprekken

Je gaat sterven. Misschien vandaag nog, misschien pas binnen 100 jaar, maar vroeg of laat zal het zover zijn. Dit is een waarheid die niet altijd even gemakkelijk valt, zeker wanneer de verwachte einddatum eerder in de nabije toekomst ligt. Ook artsen hebben er moeilijkheden mee om dit te communiceren naar hun patiënt of diens aanverwanten. Hierover is eergisteren een interessant artikel verschenen in de New York Times.

Ik kan hier inkomen. Toen ik als vers afgestudeerde arts voor mijn werk op de afdeling beroepsziekten een patiënt met een mesothelioom bevroeg over zijn beroepsgeschiedenis, was ik ook ontwijkend over zijn vragen over de overlevingskans (die was - toen althans - nul). Laat zijn behandelende arts het die arme man maar voorzichtig zeggen, dacht ik; wie ben ik om zijn (valse) hoop definitief de kop in te drukken. Maar misschien heeft zijn behandelende arts het ook niet durven zeggen, en heeft de zelfstandige dakwerker niet de kans gehad om alles op een waardige manier af te sluiten.

Een recent overleden collega-arts was zich volledig bewust van zijn prognose, en heeft zijn resterende maanden op het gemak alles netjes opgeruimd en in orde gebracht; "Ik laat geen losse veter achter", zei hij me toen ik hem nog eens belde (wat ik veel te weinig heb gedaan). Ik krijg nog steeds een krop in mijn keel van die uitspraak. Maar doordat hij zich geen illusies maakte over zijn levensverwachtingen, kon hij vrede vinden met zijn einde. En heeft hij zijn vertrek ook voor zijn nabestaanden ietsjes lichter gemaakt om te moeten dragen.


Recent is een gynaecologe veroordeeld, die tegenover een van haar patiëntes verzweeg dat ze aan baarmoederhalskanker leed, en zo haar dood veroorzaakte. Haar juridische verdediging is, dat ze het niet aankon om het negatieve nieuws te vertellen.

Ik heb daar mijn bedenkingen bij.

Toen de diagnose van cervixkanker het eerst werd gesteld via een uitstrijkje in 2005 en dan nog eens in 2007, was er nog tijd zat om via een operatieve ingreep de zaak op te lossen; dat heeft de rechtbank al "met zekerheid" gesteld op basis van expertenadvies. Misschien was er zelfs nog tijd in 2009, toen de gynaecologe het opnieuw naliet om het negatieve nieuws te brengen.

Het lijkt me veel waarschijnlijker dat ze de eerste twee resultaten niet heeft gezien door een administratieve onachtzaamheid. Misschien kwam ze hier pas vier of vijf jaar later op uit. En heeft dan getracht om deze ernstige beroepsfout te verdoezelen.

En kijk, zelfs de medische beroepsmisser kan ik nog begrijpen. Vergissen is menselijk. Dat het tot twee  maal toe bij dezelfde patiënt gebeurt, kan er al moeilijk in, maar het zou nog steeds een statistisch (verschrikkelijk onwaarschijnlijke) dubbele fout kunnen zijn; vergeten het resultaat na te kijken vooraleer het in het dossier wordt geplaatst; een verkeerde klassering, whatever.

Wat het verbergen van medische missers betreft: dat is een ziekte van het systeem, waar ik het in een recent blogartikel nog over heb gehad. Erg, erger, ergst: de eerste actie zoekt de weg van de minste weerstand, leidt tot nieuwe consequenties die waaruit weer andere acties voortvloeien, en uiteindelijk komt men uit op het verzwijgen van mogelijk alsnog levensreddende informatie en schriftvervalsing. De gevolgen voor een individuele carrière en voor de eigenwaarde kunnen dermate ingrijpend zijn, dat men zich aan alle strohalmen vastklampt.

Dus alles nog tot daar aan toe.

Maar. Wanneer de waarheid dan toch aan het licht komt? Geef dan gewoon de opstapeling van medische missers toe, en leg uit op welke gruwelijke wijze dit alles is kunnen escaleren, opdat collega's artsen gelijkaardige fouten kunnen vermijden.

Maar kom alstublieft niet aan met een bullshit verhaal dat je het niet aankon om het nieuws te brengen, omdat je "met een vermijdingspathologie kampte".

Populaire posts van deze blog

Jicht en jus (d'orange)

Recent heb ik gelezen dat softdrinks een jichtopstoot kunnen veroorzaken! Drinken van twee gesuikerde softdrinks per dag zou de kans op een jichtopstoot met 85% doen stijgen. Het vruchtsuiker (fructose) is verantwoordelijk voor dit verhoogd risico, dieetdranken geven geen probleem. Ook andere producten die fructose bevatten (fruitsappen, appels en sinaasappels) geven een verhoogde kans op jicht!? Kijk, dat is dus nieuw voor mij. In alle overzichtslijstjes voor jichtlijders vind je net terug dat je fruit naar believen mag nuttigen. Snoepjes die fructose bevatten moet je dan weer vermijden. Ja, het wordt soms verwarrend. Jicht is een reumatische aandoening. Ze is al heel lang geleden beschreven.  De Griekse geneesheer Hippocrates had het er 25 eeuwen geleden al over. Men dacht wel altijd dat jicht een gevolg was van een overdaad aan alcohol en rijkelijke maaltijden. De jichtlijder kreeg alle schuld voor zijn ziekte in de schoenen geschoven. Maar het is een te hoog urinezuurgehal

Is maté oké?

Maté is een infusie van yerba maté bladeren in heet water. Het lijkt nog het meeste op thee, en wordt in de Zuid-Amerikaanse landen ook in plaats hiervan en in plaats van koffie gedronken. Eeuwenoud symbool van gezondheid en vriendschap, is deze drank er hét sociale bindmiddel. Maté is ook in de lage landen verkrijgbaar, in kruidenwinkels maar ook in grootwarenhuizen. En het heeft een afzetmarkt. Niet alleen bij inwijkelingen uit Zuid-Amerika. Maté wordt, naast groene thee, namelijk ook aanbevolen als hulpmiddel bij afvallen. Op een relatief bekende website staat maté geklasseerd onder "planten zonder risico", "... U kunt ook rechtstreeks thee van maté of groene thee nemen: gemakkelijk te vinden en veelvuldig gebruikt ..." Tal van dieetwebsites raden ook maté aan, omwille van tal van redenen: naast bijkomend gewichtsverlies, heeft het een beschermend effect op het hart. Het doet de slechte cholesterol dalen en beschermt tegen beschadigingen van het DNA. Het h

Benzeen en muconzuur

Beste bloglezers, ik ga het eens hebben over benzeen. Benzeen gaat al een tijdje mee in onze Westerse maatschappij. Het werd in de helft van de 19e eeuw al op industriële schaal geproduceerd. Benzeen heeft een platte ringstructuur, met elektronen die vrij kunnen bewegen in “wolken” boven en onder de ring. Hierdoor is het een heel stabiel molecule, en heel nuttig bij allerhande industriële toepassingen. Er zijn een hele reeks moleculen met gelijkaardige atoomringen, en die worden allemaal aromatische verbindingen genoemd. Ik ben er nu wel snel over heen gegaan, maar destijds hebben hele slimme mensen er een heel lange tijd over gedaan om deze ringstructuur te achterhalen. Friedrich August Kekulé zou uiteindelijk de structuur van benzeen ontdekt hebben naar aanleiding van een droom over een slang die in zijn eigen staart beet. Dromen zijn dus niet altijd bedrog. Om terug te komen op benzeen: helaas is het naast nuttig ook tamelijk ongezond. Benzeen heeft bij acute blootstellin