Doorgaan naar hoofdcontent

Advies over ontwerp-KB Dienstboden en huispersoneel

De Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk heeft een advies opgesteld over het ontwerp van Koninklijk Besluit (OKB) over dienstboden en huispersoneel. Dit OKB heeft tot doel om de welzijnswet van toepassing te maken op dienstboden en huispersoneel, overeenkomstig Conventie nr. 189 van de Internationale Arbeidsorganisatie.


Wat houdt het OKB in

Het ontwerp van koninklijk besluit (OKB) voorziet dat de codex over het welzijn op het werk van toepassing is op werkgevers van dienstboden of huispersoneel en op deze medewerkers, voor zover het ontwerp niet in specifieke bepalingen voorziet. Hiermee zal de wet van 15 mei 2014 tot wijziging van de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk in werking treden, voor wat betreft de dienstboden en het huispersoneel. Deze wet van 15 mei 2014 heeft namelijk tot doel om de welzijnswet van toepassing te maken op dienstboden en huispersoneel, overeenkomstig Conventie nr. 189 van de Internationale Arbeidsorganisatie betreffende het huispersoneel (officieel door België geratificeerd op 10 juni 2015).


Het OKB bevat het volgende principe: de werkgever van dienstboden of huispersoneel moet een risicoanalyse uitvoeren. Hiervoor werd een instrument OIRA “Dienstboden” uitgewerkt (dit instrument zal online komen bij de publicatie van het koninklijk besluit). Vervolgens moet de werkgever de adequate preventiemaatregelen uitvoeren en deze werknemers, voor het begin van de tewerkstelling, een document af te leveren met alle nodige informatie inzake veiligheid en gezondheid die nuttig zijn voor het uitoefenen van de functie: de functiebeschrijving, de risico’s waaraan ze worden blootgesteld, de arbeidsmiddelen, de vereiste werkkledij of PBM…. Daarnaast voorziet het OKB een gezondheidsbeoordeling om de drie jaar. De werkgevers die al dienstboden of huispersoneel tewerkstellen, zullen één jaar tijd hebben om zich te schikken naar deze bepalingen.


Voorlegging

Het ontwerp van koninklijk besluit werd op 24 mei 2022 aan de leden van het uitvoerend bureau voorgelegd. Die hebben na bespreking het document voorgelegd aan de voltallige vergadering van de Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk van 16 december 2022. Die neemt akte van het feit dat de bescherming van de dienstboden en het huispersoneel momenteel niet volstaat, en wenst dat deze werknemers hun activiteiten in veilige en gezonde omstandigheden kunnen uitoefenen. Ze zijn van mening dat dit OKB een stap in de goede richting is, maar dat het niettemin nog aanpassingen behoeft. Ze stellen dus een aantal opmerkingen. De belangrijkste worden hieronder weergegeven.


Opmerkingen Hoge Raad

Men moet de definities van dienstboden en huispersoneel duidelijk maken zodat hier geen andere werknemers kunnen onder vallen die men hier niet bedoelt, zoals werknemers van een dienstencheque-onderneming.


Hoewel dit koninklijk besluit slechts een duizendtal werknemers betreft, voor wat betreft de dienstboden, bezorgt het een bijkomende werklast voor de externe diensten voor preventie en bescherming op het werk (EDPBW) en de arbeidsartsen. De Hoge Raad vreest dat die geen prestaties zullen leveren in ruil voor de forfaitaire bijdrage, en vraagt dus een toezicht hierop.


Gezien de inspectie enkel toegang kan hebben tot de privévertrekken met het akkoord van de werkgever, zal de arbeidsinspectie geen effectieve controle op deze regelgeving kunnen uitoefenen op de arbeidsplaatsen.


Het gezondheidstoezicht moet ook rekening houden met de atypische werkomstandigheden, namelijk voor de privébehoeften van een werkgever of diens gezin. De Hoge Raadt vindt een voorafgaande gezondheidsbeoordeling bij de arbeidsarts nodig, en een nieuwe na twaalf maanden. Pas dan kan de arts oordelen of en zo ja wanneer een volgende raadpleging vereist is.


Het ontwerp-KB zal de welzijnswet van toepassing maken op dienstboden en huispersoneel. Eerst zal men wel nog gevolg moeten geven aan de opmerkingen van de Hoge Raad.


Bron

HRPBW Advies nr. 252 van 16 december 2022 over het ontwerp van koninklijk besluit tot vaststelling van specifieke maatregelen betreffende het welzijn op het werk van dienstboden en huispersoneel in boek X van de codex over het welzijn op het werk (D252)

Populaire posts van deze blog

Is maté oké?

Maté is een infusie van yerba maté bladeren in heet water. Het lijkt nog het meeste op thee, en wordt in de Zuid-Amerikaanse landen ook in plaats hiervan en in plaats van koffie gedronken. Eeuwenoud symbool van gezondheid en vriendschap, is deze drank er hét sociale bindmiddel. Maté is ook in de lage landen verkrijgbaar, in kruidenwinkels maar ook in grootwarenhuizen. En het heeft een afzetmarkt. Niet alleen bij inwijkelingen uit Zuid-Amerika. Maté wordt, naast groene thee, namelijk ook aanbevolen als hulpmiddel bij afvallen. Op een relatief bekende website staat maté geklasseerd onder "planten zonder risico", "... U kunt ook rechtstreeks thee van maté of groene thee nemen: gemakkelijk te vinden en veelvuldig gebruikt ..." Tal van dieetwebsites raden ook maté aan, omwille van tal van redenen: naast bijkomend gewichtsverlies, heeft het een beschermend effect op het hart. Het doet de slechte cholesterol dalen en beschermt tegen beschadigingen van het DNA. Het h

Moet je bij het vaccineren optrekken om te kijken of je niet in een bloedvat zit?

Je haalt het vaccin uit de verpakking, duwt de lucht eruit*, je steekt de naald in de bovenarm. En dan? Trek je even op, om te kijken of je niet in een bloedvat zit? Fout!  De griepvaccinatiecampagne loopt op haar laatste benen, maar dit onderwerp blijft sowieso relevant. Over het griepvaccin in het algemeen heb ik recent nog geblogd ( veilig, effectief, versterkt afweer, beschermt anderen ), en de vraag of je de injectieplaats moet ontsmetten heb ik ook onlangs nog beantwoord ( nee ). Bij deze een nieuwe stelling, die blijkbaar niet alom gekend is: bij het plaatsen van een vaccin in de musculus deltoideus, moet je NIET even optrekken om te kijken of je niet in een bloedvat zit. Ik doe dat zelf ook nog vaak, hoor. Macht der gewoonte. Zelfs eerst de plek ontsmetten, ook al is dat dus niet nodig. Zo kan ik even goed wrijven, en voelen ze de prik niet. Trick of the trade. De naald erin, eventjes optrekken (damn, deed ik het weer), en dan langzaam inspuiten. Want dan heeft de

Bescherming voor Brusselse huishoudhulpen: Wat er verandert

Het Brussels Parlement heeft recentelijk besloten de rechten en arbeidsomstandigheden van huishoudhulpen te versterken. Dit artikel beschrijft de kernpunten van deze ordonnantie en hoe deze de huishoudhulpen in Brussel beïnvloedt. Groeiende behoefte aan bescherming Brussel telt op dit moment 28.137 huishoudhulpen, waarvan 21.393 Brusselaars zijn. 95 procent van hen is vrouw, veelal van buitenlandse afkomst en met een lage opleiding. Zij verzorgen dagelijks de huishoudelijke taken van 116.162 gebruikers. Met zo'n omvangrijke groep is het duidelijk dat hun bescherming en welzijn van het grootste belang zijn, zo stelt Brussels minister van Werk Bernard Clerfayt (DéFI) via zijn ordonnantie.   Opleiding en begeleiding Een kenmerk van de nieuwe regelgeving is de focus op opleiding. Elke nieuwe werknemer in de sector moet een initiële opleiding van 9 uur ondergaan, gevolgd door een jaarlijkse verplichte opleiding van 16 uur. Ter ondersteuning hiervan zullen bedrijven hun werkn