Doorgaan naar hoofdcontent

Blind door je smartphone

Onlangs zijn er een aantal nieuwsartikelen verschenen naar aanleiding van een studie in de New England Journal of Medicine: over twee vrouwen die tijdelijk blind raakten nadat ze liggend in bed te lang hadden gestaard naar het scherm van hun smartphone. En, zo benadrukken de journalisten, deze effecten hielden maandenlang aan!

Na het eerder advies van de Hoge Gezondheidsraad over de risico’s van “blauwe” LED-verlichting, en de recente nieuwberichten over slaapstoornissen bij kinderen die tablets of smartphones gebruiken, wordt het nu écht wel tijd dat er iets gedaan wordt aan dit prangende gezondheidsrisico, vooraleer er ernstige en blijvende schade optreedt! Niet?

 
Niet.
 
Angst verkoopt. En men deinst er niet voor terug om hiervoor objectieve informatie compleet uit hun context te rukken, en op een bedrieglijke wijze te interpreteren. Dat heeft men een tijdje geleden nog gedaan met het rapport van het IARC over rood en bewerkt vlees (met bij deze een naadloze plug voor mijn blogartikel hierover), en nu dus weer.
 
Wat was er met die twee vrouwen aan de hand? Ze keken met één oog naar het scherm, met het andere oog lagen ze namelijk op hun kussen. Het oog waarmee ze naar het verlichte scherm keken, paste zich niet aan het donker aan, het andere niet. Gevolg was, dat ze hierna een kwartier lang niets zagen met één oog, dat zich dus na een 15-tal minuutjes wél aanpaste aan het donker. En elke keer dat ze hun smartphone gebruikte,  herhaalde het proces zich. Maandenlang. Tot een oogarts het fenomeen identificeerde: het heeft de ingewikkelde medische term “donkeradaptatie”, een mysterieus en zeldzaam proces dat enkel gekend is bij iedereen die ooit eens met één oog naar een lichtbron heeft gekeken. Jeezes zeg; het zou een goede domme-blondjes-mop kunnen zijn, maar de nieuwsmedia klasseert het steevast onder de noemer “wetenschapsnieuws”. Laat me niet lachen.


Ook nog even over het advies van de Hoge Gezondheidsraad: zij voelde zich na de vele alarmerende artikelen over de gevaren van LED-licht genoodzaakt om een bijkomende verduidelijking te publiceren, want “In de media zijn … een aantal verkeerde interpretaties verschenen”.

Wat zegt de HGR? Het aandeel “blauw licht” is vergelijkbaar voor halogeen, fluorescentie en led lichtbronnen bij een zelfde kleurtemperatuur en hoeveelheid licht. De aanbevelingen van de Hoge Gezondheidsraad betreffende de blootstelling van de bevolking aan licht zijn dus van toepassing voor alle lichtbronnen.

Hun belangrijkste aanbevelingen:
1. Minder blootstelling aan “blauw licht” kort voor het slapengaan en ’s nachts, zowel door de verlichting als door schermgebruik. Dit valt te realiseren door zwakker te verlichten of door blauw-arm licht te gebruiken (amber, geel, oranje, rood).
2. Geen verkoop van risicogroep 2 (RG2 – moderate risk) led verlichtingsproducten aan particulieren. Dit betreft vooral projectielampen (stralers) voor buitentoepassingen.
 
Ik hoop wel dat dit alles geen nadelige invloed heeft op mijn in 2008 gepatenteerde blauwlichttherapie

Populaire posts van deze blog

Cyanide

En nog eens een strikt arbeidsgeneeskundig blogartikel. Een van de aan mij toegewezen bedrijven heeft informatie gevraagd over cyanides. Redelijk gespecialiseerde informatie wellicht, maar relevant voor bedrijven die met blauwzuur werken. En om collega's arbeidsgeneesheren en preventieadviseurs het opzoekwerk te besparen, maak ik de tekst ook maar publiek. --- CYANIDE 1. Fysische en chemische eigenschappen HCN Heerlijk verfrissend... eh, ruik ik amandelen? HCN is een kleurloze vloeistof of kleurloos gas met de karakteristieke geur van bittere amandelen. HCN gas en vloeistof zijn mengbaar met water en oplosbaar in ethanol en ether. Het kook- en smeltpunt van HCN zijn respectievelijk 25,70°C en -13,24°C. HCN wordt gebruikt als ontsmettings- of desinfectiemiddel, of in chemische syntheses. NaCN en KCN De zouten NaCN en KCN zijn witte, kristallijne vaste stoffen met een lichte amandelgeur. Het smeltpunt van NaCN is 560°C en van KCN 620-635°C. KCN is goed oplosbaar i

Is maté oké?

Maté is een infusie van yerba maté bladeren in heet water. Het lijkt nog het meeste op thee, en wordt in de Zuid-Amerikaanse landen ook in plaats hiervan en in plaats van koffie gedronken. Eeuwenoud symbool van gezondheid en vriendschap, is deze drank er hét sociale bindmiddel. Maté is ook in de lage landen verkrijgbaar, in kruidenwinkels maar ook in grootwarenhuizen. En het heeft een afzetmarkt. Niet alleen bij inwijkelingen uit Zuid-Amerika. Maté wordt, naast groene thee, namelijk ook aanbevolen als hulpmiddel bij afvallen. Op een relatief bekende website staat maté geklasseerd onder "planten zonder risico", "... U kunt ook rechtstreeks thee van maté of groene thee nemen: gemakkelijk te vinden en veelvuldig gebruikt ..." Tal van dieetwebsites raden ook maté aan, omwille van tal van redenen: naast bijkomend gewichtsverlies, heeft het een beschermend effect op het hart. Het doet de slechte cholesterol dalen en beschermt tegen beschadigingen van het DNA. Het h

Jicht en jus (d'orange)

Recent heb ik gelezen dat softdrinks een jichtopstoot kunnen veroorzaken! Drinken van twee gesuikerde softdrinks per dag zou de kans op een jichtopstoot met 85% doen stijgen. Het vruchtsuiker (fructose) is verantwoordelijk voor dit verhoogd risico, dieetdranken geven geen probleem. Ook andere producten die fructose bevatten (fruitsappen, appels en sinaasappels) geven een verhoogde kans op jicht!? Kijk, dat is dus nieuw voor mij. In alle overzichtslijstjes voor jichtlijders vind je net terug dat je fruit naar believen mag nuttigen. Snoepjes die fructose bevatten moet je dan weer vermijden. Ja, het wordt soms verwarrend. Jicht is een reumatische aandoening. Ze is al heel lang geleden beschreven.  De Griekse geneesheer Hippocrates had het er 25 eeuwen geleden al over. Men dacht wel altijd dat jicht een gevolg was van een overdaad aan alcohol en rijkelijke maaltijden. De jichtlijder kreeg alle schuld voor zijn ziekte in de schoenen geschoven. Maar het is een te hoog urinezuurgehal