Doorgaan naar hoofdcontent

Mogen slechte slapers nog rijden?

Er gelden nu in heel Europa dezelfde regels voor rijgeschiktheid bij apneupatiënten. Ook België heeft zijn wetgeving aangepast. Deze is op 20 augustus 2016 in voege gegaan. Maar in feite verandert er niet zoveel. Voor de ongeduldige lezer geef ik hieronder de concrete beslissingsboom weer.

  • Lichte slaapapneu: geschikt
  • Matige of ernstige slaapapneu:
    • Geen (attest van) behandeling: niet geschikt
    • Wel medische opvolging en therapietrouw: geschikt
      • Eerste maal na diagnose:
        • Groep 1: max. 2 jaar
        • Groep 2: max. 1 jaar
      • Verlenging rijgeschiktheid:
        • Groep 1: onbeperkt
        • Groep 2: max. 5 jaar

Nog steeds aan het lezen? Waarom? Je hebt toch alle nodige informatie al? Ah, je zit wellicht in de een of andere saaie vergadering. Okee, als je toch niets beters te doen hebt, bij deze wat meer uitweiding.

Een matig obstructief slaapapneusyndroom komt overeen met 15 tot 29 perioden van apneu of hypoapneu per uur (apneu-hypoapneu-index), een ernstig obstructief slaapapneusyndroom met een apneu-hypoapneu-index van 30 of meer. Beide ziektebeelden geven een buitensporige slaperigheid overdag.

Mensen met een matig of ernstig slaapapneusyndroom zijn in principe niet rijgeschikt, ongeacht het type voertuig waarmee ze willen rijden. Als bij aanvragers of bestuurders een matig of ernstig obstructief slaapapneusyndroom wordt vermoed, moeten zij verder medisch advies vragen alvorens een rijbewijs wordt afgegeven of verlengd. Zij kunnen de raad krijgen niet te rijden tot de diagnose is bevestigd.


Wanneer deze slechte slapers echter met een medisch attest kunnen aantonen dat zij hun aandoening voldoende onder controle hebben, een passende behandeling volgen en als gevolg daarvan minder slaperig zijn, kunnen ze vanaf een maand na opstart van de behandeling wel rijgeschikt worden verklaard. Toch een beetje merkwaardig, is dat voor een rijgeschiktheidattest groep 1 nog een attest van de neuroloog nodig is, terwijl dat niet meer expliciet wordt gevraagd voor groep 2.

De geldigheidsduur van de rijgeschiktheid bedraagt bij de eerste gezondheidsbeoordeling voor groep 1 (categorieën A3, A, B, B+E) maximaal twee jaar, en voor groep 2 (categorieën C1, C1+E, C, C+E, D1, D1+E, D en D+E; categorieën A3, A, B en B+E, als men daarmee bezoldigd vervoer uitoefent) maximaal één jaar.

Is men na deze periode nog steeds vrij van stoornissen, dan kan men een onbeperkte rijgeschiktheidsverklaring krijgen voor groep 1, en een geschiktheid van maximale duur (5 jaar) voor groep 2. Medische opvolging en therapietrouw zijn wel vereist, met tussenpozen van de periodieke medische onderzoeken van niet meer dan drie jaar voor groep 1 en één jaar voor groep 2.

Zie ook: 
  • Koninklijk besluit van 21 juli 2016 tot omzetting van richtlijn 2014/85/EU van de Commissie van 1 juli 2014 tot wijziging van richtlijn 2006/126/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het rijbewijs, BS 10 augustus 2016.
  • Richtlijn 2014/85/EU van de Commissie van 1 juli 2014 tot wijziging van Richtlijn 2006/126/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het rijbewijs, Pb. L. 2 juli 2014, afl. L194/10
Wil je mijn overige artikels over rijgeschiktheid bekijken, dan kun je dat doen via de labels, of deze link.

Populaire posts van deze blog

Bereken je kans op een hartinfarct

Met behulp van een aantal parameters kun je de statistische kans inschatten of je binnen de tien jaar zal overlijden aan een hart- of vaatziekte.     De SCORE-tabel is niet nieuw. Het is een internationaal erkend werkmiddel dat op basis van het geslacht, de leeftijd, de systolische bloeddruk, het rookgedrag en de verhouding van totaal cholesterol op HDL-cholesterol in één overzichtelijk geheel de kans weergeeft dat je sterft aan een hartinfarct of een beroerte. De getallen worden onderverdeeld in drie categorieën: Groen: Laag risico, minder dan 5% kans om binnen de tien jaar de wormen te voeren Oranje: Matig risico, 5 à 9% kans om binnen de tien jaar de pijp aan Maarten te geven Rood: Hoog risico, 10% of meer kans om binnen de tien jaar aan de verkeerde kant van het gras te gaan liggen Het is en blijft uiteraard slechts een ruwe inschatting. Als je suikerziekte hebt, moet je al niet beginnen met de tabel. Ga dan maar uit van een ernstig verhoogd ris...

Boeken top 10 2024

Dit jaar heb ik opnieuw de mijlpaal bereikt van 100 gelezen boeken. 37 ervan heb ik een score van 5  op 5 gegeven. Uit deze lijst heb ik 10 favorieten geselecteerd die elk op hun eigen manier uitzonderlijk zijn. Hier is mijn top 10, in chronologische volgorde. Siddhartha Mukherjee – The Song of the Cell Een fascinerende reis door de geschiedenis van celbiologie. Mukherjee onderzoekt hoe cellen het fundament vormen van zowel leven als geneeskunde, en hoe ontdekkingen in celonderzoek onze kijk op gezondheid en ziekte blijvend hebben veranderd. Wetenschappelijk en toch toegankelijk geschreven. Jessie Singer – There Are No Accidents Singer onthult de systemische oorzaken achter wat vaak "ongelukken" worden genoemd. De meeste “ongelukken” zijn voorspelbaar en te voorkomen. Singer toont hoe deze term machthebbers beschermt, kwetsbaren in gevaar brengt, onderzoek ontmoedigt, schuld verschuift, slachtoffers blameert, woede dempt en zelfs begrip voor daders wekt. Boeiend en confronter...

Moderne lotusvoeten

Vandaag verscheen een artikel op VRT NWS , dat schoenen met hoge hakken (voorlopig) lijken te hebben afgedaan. Nu kan ik eindelijk een tekst die ik al sinds begin 2020 als "draft" heb staan, publiceren! Wanneer we lezen over de praktijk van het voetinbinden in het oude China, gruwelen we van zulke barbaarse martelpraktijken. Hoe heeft een schoonheidsideaal ooit in zulke mate kunnen ontsporen? Nochtans bezondigen wij ons aan gelijkaardige praktijken, alleen is het moeilijker om zulke dingen objectief te beoordelen, wanneer je zelf in die cultuur verweven zit. Voetinbinden Ik ga dit cultureel gegeven toch even kaderen. De praktijk van voetinbinden heeft zich in China ontwikkeld tijdens de Tang-dynastie (618-907 na Chr.). Het hield in dat men bij jonge meisjes de voeten omzwachtelde. De vier kleine tenen werden naar binnen geplooid en braken uiteindelijk vanzelf. De grote teen bleef recht. Het resultaat was een "lotusvoetje". Dit gold als een teken van wels...