Om de een of andere reden zit ik de laatste tijd allerhande
boeken te lezen die handelen over kanker. In de voorbije drie maanden heb ik twee
boeken van Siddharta Mukherjee verslonden: het magistrale “The Emperor of AllMaladies: A Biography of Cancer” en zijn ook heel goede (maar toch net iets
mindere) “The Gene: An Intimate History”. Het heel interessante “The End ofIllness” van David B. Agus. De spannende thriller met kanker
als plotonderdeel in (klein spoiler alert) “End of Watch” van Stephen King.
Nu heb ik het aangrijpende boek “When Breath Becomes Air” gelezen
van dr. Paul Kalanithi, een hersenchirurg in opleiding die op 36-jarige
leeftijd de diagnose krijgt van gemetastaseerde longkanker.
Iedereen sterft uiteraard, vroeg of laat. Hetgeen Paul frustreerde,
was de onzekerheid over de tijd die hem nog restte. Op basis hiervan zou hij
bepalen wat hij nog zou doen met zijn leven. Had hij nog drie maanden? Dan zou
hij die tijd doorbrengen met zijn familie. Nog twee jaar? Schrijven. Tien jaar?
Terug naar de operatietafel en zijn opleiding afwerken. Uiteindelijk heeft hij
na een hoopvolle opstart van zijn behandeling voor deze laatste optie gekozen,
en hebben hij en zijn vrouw nog een dochter gekregen. Maar uiteindelijk bleek dat
de chemotherapie niet aansloeg. Hij heeft tegen de klok in nog dit boek
geschreven. Hij stierf 22 maanden na de diagnose, met zijn acht maanden oude
dochtertje in zijn armen.
Het
boek inspireert om zelf de belangrijke dingen niet uit te stellen. Sterven
tussen je dertigste en veertigste is zeldzaam. Maar sterven is dat niet. Denk
dus niet “ach, later is daar nog tijd genoeg voor”, maar maak er nu werk van. Doe
wat je wilt doen. Neem risico’s. Ga voor de uitdaging. Want, zoals de schrijver
van Alice in Wonderland Lewis Carroll nog schreef: “In the end, we only regret
the chances we didn't take”.