Doorgaan naar hoofdcontent

Werkgevers geven wél aangepast werk (en dat weet iedereen met een basiskennis statistiek)

"Het re-integratiebeleid faalt." "Werkgevers geven veel te weinig aangepast werk." "Ze zijn alleen geïnteresseerd in ontslag wegens medische overmacht en de bedrijfsartsen spelen dit spelletje mee." Dit soort berichten duikt de laatste tijd steeds vaker op in media. Op zes oktober jongstleden bijvoorbeeld. En de beweringen lijken wel gestoeld op objectieve data, maar de interpretatie van die gegevens is verkeerd.



Correcte interpretatie cijfers noodzakelijk

Voor de criticasters is het verleidelijk om negatieve conclusies te trekken uit de recente cijfers die de christelijke vakbond opvroeg bij zes preventiediensten. Deze cijfers geven een overzicht van alle beslissingen van de bedrijfsartsen in de eerste helft van 2017. Daaruit blijkt dat in zeven op de tien gevallen een officieel re-integratietraject leidt tot 'optie D': onmiddellijk ontslag om medische redenen. Hierdoor kan de werkgever zonder opzegperiode of -vergoeding de arbeidsovereenkomst beëindigen.


De conclusie lijkt eenvoudig: de werkgever biedt te weinig aangepast werk aan en zou enkel geïnteresseerd zijn in ontslag door medische overmacht. Maar het is statistisch fout om enkel te kijken naar die trajecten waarin de arbeidsgeneesheer een beslissing neemt in een officieel re-integratietraject. Voor een correct beeld moet je álle adviezen analyseren die in deze periode zijn opgesteld.

Gewone werkhervattingen tellen ook mee

Onlangs heb ik bij een grote werkgever in detail niet alleen gekeken naar de re-integratietrajecten, maar naar alle adviezen die er in het eerste kwartaal van 2017 zijn gesteld. Zo had de winkelketen acht officiële re-integratiedossiers. Zes daarvan hadden conclusie D, de klassieke medische overmacht, op het formulier voor de re-integratiebeoordeling.

Maar in dezelfde periode zijn er bij deze werkgever ook 234 "gewone" werkhervattingsonderzoeken geweest van werknemers die minstens een maand met ziekteverlof waren, met aanbevelingen tot progressieve werkhervattingen in tijdelijk of definitief aangepast werk.

Aangepast werk in maar liefst driekwart van de gevallen

Wanneer we die aanbevelingen vertalen naar de categorieën van het formulier voor de re-integratiebeoordeling, dan leidt dat tot heel andere bevindingen dan de conclusies die de pers ons voorschotelde. In driekwart van de gevallen heeft de bedrijfsarts tijdelijk of definitief aangepast of ander werk voorgesteld. Ontslag om medische redenen wordt slechts in een luttele 3 procent toegepast.
  • A: 136 (tijdelijk ongeschikt, aangepast werk mogelijk)
  • B: 38 (tijdelijk ongeschikt, geen aangepast werk mogelijk)
  • C: 46 (definitief ongeschikt, aangepast werk mogelijk)
  • D: 6 (definitief ongeschikt, geen aangepast werk mogelijk = medische overmacht)
  • E: 14 (nog geen opstart traject mogelijk)
 
Werkgevers geven dus wel degelijk aangepast werk en bedrijfsartsen en andere preventieadviseurs spelen daarbij een belangrijke rol. Het zou jammer zijn dat de bevolking op het verkeerde been gezet zou worden door een onvolledig en vertekend beeld van de werkelijkheid.
 
Dit artikel is eerder verschenen op Artsenkrant.com

Populaire posts van deze blog

Mis geen twee keer

Weet je nog dat ik een paar jaar geleden blogde over mijn doelstellingen? Nou, ik heb een kleine bekentenis te doen. Ik was een beetje uitgepraat over mijn doelen en ik had er ook een tijdje moeite mee. Na een acute periode van covid (na twee dagen was ik weer aan het werk) heb ik verrassend lang moeite gehad om mijn dagelijkse tienduizend stappen te halen. Ik was gewoon uitgeput, mijn conditie was plotsklaps verslechterd. Het duurde even voordat ik weer in vorm was. Uiteindelijk haalde ik mijn doelstelling van gemiddeld 10.000 stappen per dag net niet in 2022 💀. Aanvankelijk was dat dus omdat ik gewoonweg niet meer kon (ik zal het maar niet hebben over het aantal ibuprofens dat ik maandenlang heb genomen om de dag door te komen), maar na vier maanden of zo was dat wel verbeterd. En vanaf dan waren het eerder mijn nieuwe gewoontes waardoor ik er niet meer aan toe kwam om de extra effort te doen. Het nieuwe jaar heb ik ook niet goed ingezet; de eerste week was er één dag waarop ik de t

Cyanide

En nog eens een strikt arbeidsgeneeskundig blogartikel. Een van de aan mij toegewezen bedrijven heeft informatie gevraagd over cyanides. Redelijk gespecialiseerde informatie wellicht, maar relevant voor bedrijven die met blauwzuur werken. En om collega's arbeidsgeneesheren en preventieadviseurs het opzoekwerk te besparen, maak ik de tekst ook maar publiek. --- CYANIDE 1. Fysische en chemische eigenschappen HCN Heerlijk verfrissend... eh, ruik ik amandelen? HCN is een kleurloze vloeistof of kleurloos gas met de karakteristieke geur van bittere amandelen. HCN gas en vloeistof zijn mengbaar met water en oplosbaar in ethanol en ether. Het kook- en smeltpunt van HCN zijn respectievelijk 25,70°C en -13,24°C. HCN wordt gebruikt als ontsmettings- of desinfectiemiddel, of in chemische syntheses. NaCN en KCN De zouten NaCN en KCN zijn witte, kristallijne vaste stoffen met een lichte amandelgeur. Het smeltpunt van NaCN is 560°C en van KCN 620-635°C. KCN is goed oplosbaar i

Is maté oké?

Maté is een infusie van yerba maté bladeren in heet water. Het lijkt nog het meeste op thee, en wordt in de Zuid-Amerikaanse landen ook in plaats hiervan en in plaats van koffie gedronken. Eeuwenoud symbool van gezondheid en vriendschap, is deze drank er hét sociale bindmiddel. Maté is ook in de lage landen verkrijgbaar, in kruidenwinkels maar ook in grootwarenhuizen. En het heeft een afzetmarkt. Niet alleen bij inwijkelingen uit Zuid-Amerika. Maté wordt, naast groene thee, namelijk ook aanbevolen als hulpmiddel bij afvallen. Op een relatief bekende website staat maté geklasseerd onder "planten zonder risico", "... U kunt ook rechtstreeks thee van maté of groene thee nemen: gemakkelijk te vinden en veelvuldig gebruikt ..." Tal van dieetwebsites raden ook maté aan, omwille van tal van redenen: naast bijkomend gewichtsverlies, heeft het een beschermend effect op het hart. Het doet de slechte cholesterol dalen en beschermt tegen beschadigingen van het DNA. Het h