Doorgaan naar hoofdcontent

Responsabiliseringsbijdrage: Wat betekent het voor werkgevers?

De responsabiliseringsbijdrage, ingevoerd in oktober 2022, is bedoeld om langdurig ziekteverzuim terug te dringen door werkgevers te responsabiliseren. Hoewel de maatregel werkgevers uit diverse sectoren aanmoedigt om ziekteverzuim actief aan te pakken, leidt het ook tot discussie over de uitvoerbaarheid en de mogelijke neveneffecten. In dit artikel leg ik uit hoe het systeem werkt, welke sectoren het zwaarst worden getroffen, en hoe werkgevers hier effectief op kunnen inspelen.


Wat is de responsabiliseringsbijdrage?

De responsabiliseringsbijdrage is een sanctie die werkgevers betalen wanneer hun uitvalpercentages van langdurig zieke werknemers bovenmatig hoog zijn. De maatregel geldt voor bedrijven met meer dan 50 werknemers en wordt opgelegd als:

  • Het uitvalpercentage drie keer hoger is dan het gemiddelde in de privĆ©sector.
  • Het uitvalpercentage twee keer hoger is dan het gemiddelde in de eigen sector.

De bijdrage bedraagt 0,625% van de loonsom per kwartaal en geldt sinds oktober 2022. De middelen worden in eerste instantie via sectorfondsen ingezet voor sectorspecifieke preventie en re-integratieprojecten. Als binnen drie jaar geen akkoord wordt bereikt over de besteding, worden de middelen breder ingezet voor projecten, onder advies van de Hoge Raad PBW en sociale partners.

 

Welke sectoren worden het zwaarst getroffen?

Uit de cijfers van de federale ziekteverzekeraar RIZIV blijkt dat vooral de zorg- en dienstenchequesector disproportioneel geraakt worden.

  1. Zorgsector
    De zorgsector heeft te maken met structurele personeelstekorten, fysiek en mentaal zwaar werk, en een hoge mate van flexibiliteit, zoals weekend- en nachtdiensten. Werkgevers in deze sector benadrukken dat zij vaak risicoprofielen aannemen, zoals werknemers met een chronische ziekte, wat het risico op langdurig ziekteverzuim vergroot.
  2. Dienstenchequesector
    Hier zorgen de hoge werkdruk en de lage verloning voor een verhoogd risico op uitval. De instroom van langdurig zieken ligt daardoor structureel hoger dan in andere sectoren, waardoor werkgevers vaker een bijdrage moeten betalen.

Hoewel de zorg- en dienstenchequesector opvallend vaak gesanctioneerd worden, treft de bijdrage ook andere sectoren waar vergelijkbare uitdagingen spelen, zoals de bouw en de logistiek.

Het is belangrijk op te merken dat de berekeningswijze van de responsabiliseringsbijdrage invloed heeft op de cijfers. Zo telt bijvoorbeeld de anciƫnniteitsdrempel van drie jaar mee, waardoor subsectoren zoals uitzendarbeid ondervertegenwoordigd zijn, ondanks de hoge gezondheids- en uitvalrisico's in deze sectoren.

 

Waarom is de responsabiliseringsbijdrage controversieel?

De sociale partners hebben herhaaldelijk gewezen op het gebrek aan voldoende gegevens om de effectiviteit van de maatregel te beoordelen. In vergelijking met andere EU-landen beschikt Belgiƫ over beperkte cijfermatige onderbouwing voor beleidsmaatregelen, wat leidt tot discussies op basis van fragmentarische data. De bijdrage roept hierboven weerstand op bij werkgevers om verschillende redenen:

  1. Gebrek aan controle
    Werkgevers hebben niet altijd invloed op de oorzaken van arbeidsongeschiktheid, zoals ernstige ziekten of persoonlijke omstandigheden. Toch worden ze gesanctioneerd voor deze uitval.
  2. Onbedoelde gevolgen
    De bijdrage ontmoedigt het aannemen van werknemers met een verhoogd risico op uitval, zoals mensen met een chronische ziekte of een arbeidsbeperking. Dit staat haaks op maatschappelijke inclusiviteitsdoelen.
  3. Beperkte middelen
    Voor veel organisaties betekent de bijdrage dat er minder geld beschikbaar is om preventieve maatregelen te nemen of extra personeel aan te werven. Dit vergroot de werkdruk en verhoogt mogelijk het ziekteverzuim, waardoor een vicieuze cirkel ontstaat.

 

Wat gebeurt er met de opbrengsten?

De opbrengsten worden toegewezen aan Fondsen voor bestaanszekerheid en moeten gebruikt worden voor preventieve maatregelen en duurzame re-integratie van werknemers. Niet-gebruikte middelen vloeien na drie jaar terug naar de overheid. Deze worden vervolgens breder ingezet voor preventie- en re-integratieprojecten, met advies van de sociale partners in de Hoge Raad PBW. Het is hierbij belangrijk dat sectorale projecten in de eerste plaats worden uitgewerkt, om te voorkomen dat middelen niet optimaal benut worden.

 

Hoe kunnen werkgevers omgaan met de responsabiliseringsbijdrage?

Hoewel de bijdrage op weerstand stuit, kunnen werkgevers proactieve stappen nemen om de impact te beperken:

  • Investeer in preventie
    Zorg voor een sterke focus op welzijnsbeleid, zoals ergonomische verbeteringen, mentale ondersteuning, en een gezonde werkcultuur. De externe preventiedienst kan hierbij helpen.
  • Volg uw cijfers op
    Analyseer regelmatig het ziekteverzuim binnen uw organisatie en vergelijk dit met sectorbenchmarking om tijdig maatregelen te kunnen nemen.
  • Werk samen
    Sluit aan bij sectororganisaties en overleg met vakbonden om gezamenlijke oplossingen te vinden en uw stem te laten horen.

 

Wat brengt de toekomst?

De responsabiliseringsbijdrage blijft onderwerp van discussie. De sociale partners hebben in bredere preventie- en re-integratieoverleggen aangegeven dat responsabiliseringsmaatregelen op individuele werkgevers en werknemers kritisch geƫvalueerd moeten worden. Het gebrek aan eenduidige data en de fragmentatie in het beleid maken herziening noodzakelijk. Alternatieven, zoals het laten bijdragen aan uitkeringen via het RIZIV, worden overwogen. Tot er een nieuwe aanpak is, blijft het essentieel voor werkgevers om ziekteverzuim actief aan te pakken en te streven naar een gezonde werkvloer. De externe preventiedienst kan hierbij een ondersteunende rol spelen.

De responsabiliseringsbijdrage biedt zowel uitdagingen als kansen. Door proactief beleid te voeren en samen te werken met sociale partners en preventiediensten, kunnen werkgevers bijdragen aan een meer inclusieve en gezonde werkcultuur, terwijl ze tegelijk de financiƫle impact van de maatregel beperken.

Populaire posts van deze blog

Bereken je kans op een hartinfarct

Met behulp van een aantal parameters kun je de statistische kans inschatten of je binnen de tien jaar zal overlijden aan een hart- of vaatziekte.     De SCORE-tabel is niet nieuw. Het is een internationaal erkend werkmiddel dat op basis van het geslacht, de leeftijd, de systolische bloeddruk, het rookgedrag en de verhouding van totaal cholesterol op HDL-cholesterol in Ć©Ć©n overzichtelijk geheel de kans weergeeft dat je sterft aan een hartinfarct of een beroerte. De getallen worden onderverdeeld in drie categorieĆ«n: Groen: Laag risico, minder dan 5% kans om binnen de tien jaar de wormen te voeren Oranje: Matig risico, 5 Ć  9% kans om binnen de tien jaar de pijp aan Maarten te geven Rood: Hoog risico, 10% of meer kans om binnen de tien jaar aan de verkeerde kant van het gras te gaan liggen Het is en blijft uiteraard slechts een ruwe inschatting. Als je suikerziekte hebt, moet je al niet beginnen met de tabel. Ga dan maar uit van een ernstig verhoogd ris...

Boeken top 10 2024

Dit jaar heb ik opnieuw de mijlpaal bereikt van 100 gelezen boeken. 37 ervan heb ik een score van 5  op 5 gegeven. Uit deze lijst heb ik 10 favorieten geselecteerd die elk op hun eigen manier uitzonderlijk zijn. Hier is mijn top 10, in chronologische volgorde. Siddhartha Mukherjee – The Song of the Cell Een fascinerende reis door de geschiedenis van celbiologie. Mukherjee onderzoekt hoe cellen het fundament vormen van zowel leven als geneeskunde, en hoe ontdekkingen in celonderzoek onze kijk op gezondheid en ziekte blijvend hebben veranderd. Wetenschappelijk en toch toegankelijk geschreven. Jessie Singer – There Are No Accidents Singer onthult de systemische oorzaken achter wat vaak "ongelukken" worden genoemd. De meeste “ongelukken” zijn voorspelbaar en te voorkomen. Singer toont hoe deze term machthebbers beschermt, kwetsbaren in gevaar brengt, onderzoek ontmoedigt, schuld verschuift, slachtoffers blameert, woede dempt en zelfs begrip voor daders wekt. Boeiend en confronter...

Moderne lotusvoeten

Vandaag verscheen een artikel op VRT NWS , dat schoenen met hoge hakken (voorlopig) lijken te hebben afgedaan. Nu kan ik eindelijk een tekst die ik al sinds begin 2020 als "draft" heb staan, publiceren! Wanneer we lezen over de praktijk van het voetinbinden in het oude China, gruwelen we van zulke barbaarse martelpraktijken. Hoe heeft een schoonheidsideaal ooit in zulke mate kunnen ontsporen? Nochtans bezondigen wij ons aan gelijkaardige praktijken, alleen is het moeilijker om zulke dingen objectief te beoordelen, wanneer je zelf in die cultuur verweven zit. Voetinbinden Ik ga dit cultureel gegeven toch even kaderen. De praktijk van voetinbinden heeft zich in China ontwikkeld tijdens de Tang-dynastie (618-907 na Chr.). Het hield in dat men bij jonge meisjes de voeten omzwachtelde. De vier kleine tenen werden naar binnen geplooid en braken uiteindelijk vanzelf. De grote teen bleef recht. Het resultaat was een "lotusvoetje". Dit gold als een teken van wels...