Doorgaan naar hoofdcontent

Neeliglow Yellow

In één van de aan mij toegewezen bedrijven, gaf de kleurstof Neeliglow Yellow onverwachte problemen. Ik zeg natuurlijk niet welk bedrijf, de stof wordt trouwens al meer dan twintig jaren in verscheidene bedrijven wereldwijd gebruikt - ik heb er melding van gevonden die teruggaat tot begin jaren tachtig. Maar ik wijk af. De stof werd dus sinds een tijdje als kleurstof toegepast. Nu bleek na enige maanden dat het een speciaal effect gaf. Onder de blacklights van de discotheek lichtten het gelaat en de handen van een werknemer fluorescerend op, waardoor de betrokkene heelwat bekijks had op de dansvloer. Natuurlijk maakte plots iedereen zich zorgen, hoe zou je zelf zijn wanneer het lijkt alsof je een lugubere radioactieve aandoening hebt. Het feit dat dit verscheidene uren na het werk zichtbaar bleef, deed de vanzelfsprekende vraag rijzen of het allemaal wel veilig was.
Ik moet toegeven dat ik het zelf in eerste instantie ook allemaal niet echt koosjer vond. Onwillekeurig maak je bij fluorescentie de link naar kankerverwekkend, ook al is dat niet zo. En het was nog niet zo vanzelfsprekend om er iets over terug te vinden. Op de veiligheidsfiche stond niets speciaals, maar dat kan ook nogal eens gebeuren. Er stond wel op dat bij contact met de ogen deze zorgvuldig moesten gespoeld worden, en de werknemer verwezen naar spoedgevallen. Een mondmasker bij onvoldoende ventilatie. Het zou ook licht irriterend zijn voor de huid, en erger worden bij langdurige blootstelling. Het spul was ook toxisch, de helft van de ratten stierf bij een dosis van 10.000 mg per kg. Klonk allemaal niet echt positief.
Maar wanneer ik alles dan wat dieper uitspitte, kon ik het vanuit een breder perspectief bekijken. Er zijn geen R-zinnen (risicozinnen), omdat het spul niet zo gevaarlijk is. Het is slechts licht irriterend. Indien het (nog niet eens erg, maar gewoon) irriterend was, zou de risicozin R38 of R36 (huid of ogen) op de veiligheidsfiche moeten staan. Toxisch ja, maar om Paracelsus te parafraseren, alles is toxisch als je er maar genoeg van neemt. Ordinair keukenzout doodt de helft van de ratten bij 4.000 mg/kg. Ik zeg nu niet dat men Neeliglow Yellow op de frieten moet strooien (raad ik ook niet aan voor zout, ook al doe ik het zelf, foei foei), maar echt kwaad zou zelfs dat niet kunnen. Het gaat ook niet tot in de longen geraken, de molecule lijkt me daar veel te zwaar voor te zijn.
Ik heb toch geadviseerd om al het spul er na werktijd zo snel mogelijk af te wassen, heeft toch geen pas om op te gloeien als je op stap gaat; en hoe sneller men zich wast, hoe gemakkelijker het eraf gaat.
Zo zie je eigenlijk maar, aan hoeveel stoffen de werkende Vlaming wordt blootgesteld, en vele stoffen erger dan het m.i. onschuldige - maar opvallende - Neeliglow Yellow. Ik vraag me eigenlijk af, of het niet als marker gebruikt kan worden. In het bedrijf heeft men alleszins een blacklight in de wasruimte geplaatst, kwestie van de werknemers te helpen bij het verwijderen van de kleustof. Een dancing op het werk - nog niet zo'n slecht idee.

---
Hierbij mijn advies bij werken met het product Neeliglow Yellow 160:1, soms gebruikt als kleurstof bij solventvernissen.
Dit product heeft als actief bestanddeel "2H-1-benzopyran-2-one, 3-(5-chloro-2-benzoxazolyl)-7-(diethylamino)".

Ik heb geen nadelige gezondheidseffecten teruggevonden in de medische vakliteratuur over dit product.

Hoe lichter een molecule, hoe dieper het in de longen kan doordringen. Dit product is een zeer zwaar molecule (moleculair gewicht van 368,81). Bij inademing gaat het door de zwaartekracht en door de turbulenties in de ingeademde lucht niet ver kunnen doordringen, en in de mond en de keel neerslaan. De stof gaat bijgevolg niet geïnhaleerd worden, maar ingeslikt.

De stof is praktisch niet toxisch (toxiciteitsklasse 5 op de Hodge and Sterner Schaal; gaat tot 6, 1 zijnde het meest toxisch). De LD50 bij ratten bedraagt meer dan 10.000 mg/kg. Dit zou overeen komen met ingestie van meer dan 700g voor een volwassen persoon van 70 kg. Ter vergelijking: de LD50 van keukenzout bedraagt 4.000 mg/kg (toxiciteitsklasse 4 op de Hodge and Sterner Schaal).
Er zijn geen grenswaarden voor deze stof, onder meer omdat ze als quasi niet toxisch wordt beschouwd. Er staan zelfs geen R-zinnen vermeld voor deze stof. Omwille hiervan is het uitvoeren van een meting van de concentratie in de lucht niet echt zinvol (er zijn geen referentiewaarden).
De stof is bij het konijn licht irriterend voor de huid en niet irriterend voor de ogen. Bij de mens is het licht irriterend voor de huid en mogelijk toch ook voor de ogen. Hoe langer de blootstelling duurt, hoe meer uitgesproken dit kan worden. Omwille hiervan raad ik toch aan om de hoeveelheid en duur van de blootstelling aan dit product zo min mogelijk te houden. Bij contact met de ogen dienen deze met veel water uitgespoeld te worden, en dient verwezen te worden naar de spoedafdeling van het dichtstbijzijnde hospitaal. Bij contact met de huid dienen de besmette delen met veel water en zeep gereinigd te worden. Indien er onvoldoende ventilatie voorhanden is, dient een mondmasker gedragen te worden. Indien er risico is op oogcontact, dient een veiligheidsbril gedragen te worden. Men dient handschoenen te dragen, en lange mouwen. Na werken met het product wordt best een bad of douche genomen. Er mag pas hierna gegeten, gedronken of gerookt worden.

Populaire posts van deze blog

Nieuwe publicatie: Verzameling van de rechtspraak over psychosociale risico's op het werk (2016-2023)

In een gezamenlijke inspanning hebben de Algemene Directie Humanisering van de Arbeid van de FOD Werkgelegenheid en academici een uitgebreide verzameling samengesteld van rechtspraak gerelateerd aan psychosociale risico's op het werk. Dit document, dat de periode van 2016 tot 2023 beslaat, biedt inzicht in hoe rechtbanken omgaan met de gewijzigde wetgeving sinds 2014 over deze materie. Het is bedoeld om preventieadviseurs en anderen die met deze problematiek te maken hebben, direct naar relevante casussen en thema’s te leiden. Afbeelding: Studievoormiddag van de FOD Werkgelegenheid. Bron: Youtube. De toenemende relevantie van psychosociale risico's Met een historisch hoog aantal langdurig afwezige werknemers in België, onderstrepen psychosociale risico's op het werk – zoals stress, burn-out, en pesterijen – de noodzaak voor een effectieve aanpak en preventie. De wet van 4 augustus 1996, die werknemersbescherming biedt, en de significante wijzigingen in de wetgeving si

Controles op veiligheid van opblaasbare attracties

Opblaasbare attracties zoals springkastelen zijn een populaire aanvulling op ( bedrijfs )evenementen, maar recente incidenten en controles hebben veiligheidsproblemen aan het licht gebracht. Deze zorgen hebben geleid tot een aankondiging door de FOD Economie om toekomstige evenementen strenger te gaan controleren.   Veiligheidsrichtlijnen en regelgeving Aanbieders van opblaasbare structuren, zoals springkastelen en obstakelparcours, moeten de veiligheid van hun diensten garanderen. Dit houdt in dat zij zich moeten houden aan specifieke regelgeving, waaronder het Koninklijk Besluit betreffende de uitbating van speelterreinen en het Koninklijk Besluit voor de organisatie van actieve ontspanningsevenementen. Deze wetten stellen duidelijke eisen aan de veiligheid en het toezicht op deze attracties.   Veelvoorkomende veiligheidsproblemen Enkele van de meest zorgwekkende bevindingen door de FOD Economie omvatten: Onvoldoende schokdemping: Een geschikte schokdempende ondergr

Moderne lotusvoeten

Vandaag verscheen een artikel op VRT NWS , dat schoenen met hoge hakken (voorlopig) lijken te hebben afgedaan. Nu kan ik eindelijk een tekst die ik al sinds begin 2020 als "draft" heb staan, publiceren! Wanneer we lezen over de praktijk van het voetinbinden in het oude China, gruwelen we van zulke barbaarse martelpraktijken. Hoe heeft een schoonheidsideaal ooit in zulke mate kunnen ontsporen? Nochtans bezondigen wij ons aan gelijkaardige praktijken, alleen is het moeilijker om zulke dingen objectief te beoordelen, wanneer je zelf in die cultuur verweven zit. Voetinbinden Ik ga dit cultureel gegeven toch even kaderen. De praktijk van voetinbinden heeft zich in China ontwikkeld tijdens de Tang-dynastie (618-907 na Chr.). Het hield in dat men bij jonge meisjes de voeten omzwachtelde. De vier kleine tenen werden naar binnen geplooid en braken uiteindelijk vanzelf. De grote teen bleef recht. Het resultaat was een "lotusvoetje". Dit gold als een teken van wels