Een autismespectrumstoornis (ASS) is een vaak ongediagnosticeerde aandoening die kan bijdragen aan verzuim bij werknemers. Dit artikel verkent hoe Nederlandse bedrijfsartsen omgaan met een vermoeden van ASS en hoe zij hierin ondersteund kunnen worden om betere zorg te bieden. De bevindingen van dit onderzoek zijn ook relevant voor Belgische arbeidsartsen, gezien de overeenkomsten in hun rol en de gedeelde uitdagingen binnen de Benelux-regio.
Wat is ASS?
ASS is een neurobiologische ontwikkelingsstoornis die invloed heeft op sociale interactie, communicatie en flexibiliteit in denken en handelen. De kenmerken en ernst ervan kunnen sterk variëren per individu. Op de werkvloer kan ASS leiden tot uitdagingen zoals moeite met communicatie binnen teams, over- of onderprikkeling door werkomstandigheden, en problemen met het inschatten van sociale verwachtingen. Deze uitdagingen kunnen bijdragen aan verhoogd verzuim en een verminderde werktevredenheid, zowel voor de werknemer als de werkgever.
De impact van een vermoeden op ASS
Uit onderzoek blijkt dat bedrijfsartsen regelmatig werknemers tegenkomen waarbij een vermoeden van ASS bestaat, maar dit zelden expliciet bespreken. Dit komt voort uit uiteenlopende factoren, zoals de ervaren noodzaak om het vermoeden bespreekbaar te maken, gebrek aan kennis, en het stigma rond ASS.
Bespreekbaarheid: wel of niet?
Het merendeel van de geïnterviewde Nederlandse bedrijfsartsen gaf aan een vermoeden op ASS niet expliciet te bespreken, tenzij de situatie dit vereist, zoals bij stagnatie in re-integratie. Sommigen kozen voor indirecte benaderingen, zoals het adviseren van werkgevers over aanpassingen. Anderen achtten expliciete bespreking noodzakelijk om passende hulp te organiseren.
Een belangrijke barrière is handelingsverlegenheid, vaak veroorzaakt door onzekerheid over diagnostiek of de impact van het benoemen van ASS. Zo vrezen bedrijfsartsen dat een diagnose negatieve emoties kan oproepen, zoals angst of somberheid, bij de werknemer.
Kennis en ervaring als sleutel
Gebrek aan kennis over ASS wordt vaak genoemd als reden voor handelingsverlegenheid. Terwijl sommige bedrijfsartsen baat hadden bij nascholing, benadrukten anderen dat praktische ervaring essentieel blijft. Bedrijfsartsen die meer kennis en positieve ervaringen hebben opgedaan, voelen zich doorgaans zekerder in hun handelen.
De rol van multidisciplinaire samenwerking
Samenwerking met huisartsen en psychologen speelt een belangrijke rol in de begeleiding van werknemers met een vermoeden op ASS. Wachttijden in de geestelijke gezondheidszorg en beperkte toegang tot specialistische hulp belemmeren vaak een vlotte doorverwijzing. Bedrijfsartsen geven aan dat intensievere samenwerking met curatieve partners hen zou helpen om sneller en effectiever te handelen. Ook voor Belgische arbeidsartsen geldt dat een versterkte samenwerking met de curatieve sector de zorg voor werknemers met ASS kan verbeteren.
Aanbevelingen
- Vergroten van kennis: Bied gerichte nascholing aan over ASS en neurodiversiteit, met aandacht voor diagnostiek, communicatie en doorverwijzing.
- Verbeteren van samenwerking: Creëer structuren die intercollegiaal overleg vergemakkelijken. Dit kan wachttijden verkorten en de consistentie van de zorg verhogen.
- Bewustwording rond stigma: Werk aan het verminderen van het stigma rond ASS binnen en buiten de werkcontext, zodat zowel werknemers als werkgevers openstaan voor passende interventies.
Conclusie
Bedrijfsartsen - en arbeidsartsen - kunnen een belangrijke rol spelen in het herkennen en begeleiden van werknemers met een (vermoeden van) ASS. Om deze rol optimaal te vervullen, zijn meer kennis, praktische ondersteuning en een sterkere multidisciplinaire samenwerking essentieel. Door deze punten te versterken, kunnen artsen bijdragen aan het welzijn en de inclusie van neurodivergente werknemers.
Bron
TBV - Niels Claassen - Een vermoeden op een autismespectrumstoornis (pdf)